Materiaal:medisch zuiver titanium
Dikte:0,8 mm
Productspecificatie
| Artikelnr. | Specificatie | |
| 10.01.09.04011023 | 4 gaten | 23 mm |
| 10.01.09.04011026 | 4 gaten | 26 mm |
| 10.01.09.04011029 | 4 gaten | 29 mm |
Kenmerken en voordelen:
•Botplaat gebruikt speciaal aangepast Duits ZAPP zuiver titanium als grondstof, met goede biocompatibiliteit en een gelijkmatigere korrelgrootteverdeling. Heeft geen invloed op MRI/CT-onderzoek.
•Het oppervlak van botplaat maakt gebruik van anodisatietechnologie, wat de oppervlaktehardheid en slijtvastheid kan verbeteren.
Passende schroef:
φ2,0 mm zelfborende schroef
φ2,0 mm zelftappende schroef
Bijpassend instrument:
medische boor φ1.6*12*48mm
kruiskopschroevendraaier: SW0,5*2,8*95mm
rechte snelkoppelingshendel
Maxillofaciaal trauma, ook wel aangezichtstrauma genoemd, is elk fysiek trauma dat aan het gezicht wordt toegebracht. Maxillofaciaal trauma kan worden onderverdeeld in letsel aan de weke delen, waaronder brandwonden, kneuzingen en snijwonden, of fracturen van de gezichtsbeenderen, zoals oogletsel, neusfracturen en kaakfracturen. Fracturen kunnen leiden tot pijn, zwelling, functieverlies en vormveranderingen van de gezichtsstructuren.
Maxillofaciale verwondingen kunnen leiden tot misvorming en verlies van gezichtsfunctie, zoals blindheid of moeite met het bewegen van de kaak. De kans op levensbedreigende letsels is klein, maar maxillofaciale trauma's kunnen ook dodelijk zijn, omdat ze ernstige bloedingen of belemmering van de luchtwegen kunnen veroorzaken. Een primaire zorg bij de behandeling is daarom ervoor te zorgen dat de luchtwegen open zijn en niet worden bedreigd, zodat de patiënt kan ademen. Bij het vermoeden van botbreuken kan röntgenonderzoek de diagnose stellen. Behandeling is noodzakelijk voor andere verwondingen, zoals traumatisch hersenletsel, dat vaak gepaard gaat met ernstig aangezichtstrauma.
Net als andere fracturen gaan kaakbotfracturen gepaard met pijn, blauwe plekken en zwelling van het omliggende weefsel. Hevige neusbloedingen kunnen optreden bij fracturen van de neusfractuur, bovenkaakfractuur en schedelbasisfractuur. Neusfracturen kunnen gepaard gaan met een misvorming van de neus, zwelling en blauwe plekken. Mensen met een mandibulaire fractuur hebben vaak pijn en moeite met het openen van de mond, en kunnen gevoelloosheid in de lip en kin ervaren. Bij een Le Fort-fractuur kan het midden van het gezicht verschuiven ten opzichte van de rest van het gezicht of de schedel.
Fractuur van de bovenkaakbeenfractuur
1. Fractuurlijn: de bovenkaak is verbonden met het neusbeen, het jukbeen en andere schedel- en aangezichtsbeenderen. Fractuurlijnen komen vaak voor in hechtingen en zwakke botwanden. Le Fort classificeerde de fractuur in drie typen, afhankelijk van de hoogte en de hoogte van de fractuurlijn.
Type I fractuur: ook wel onderkaakfractuur of horizontale fractuur genoemd. De breuklijn loopt horizontaal van het foramen piriformis tot aan de pterygoïdeushechting in de bovenkaak aan beide zijden in superieure richting van de processus alveolaris.
Een type II-fractuur wordt ook wel een mediane maxillaire fractuur of conische fractuur genoemd. De breuklijn vanaf de neusfrontale hechting liep door de neusbrug, de mediale orbitawand, de orbitabodem en de orbita-maxillahechting lateraal en volgde dan de laterale wand van de bovenkaak tot aan het pterygeale uitsteeksel. Soms kan de sinus ethmoidalis tot aan de voorste schedelgroeve lopen, wat resulteert in rhinorroe met hersenvocht.
Een type III-fractuur wordt ook wel een maxillaire hoogniveaufractuur of craniofaciale separatiefractuur genoemd. De breuklijn loopt van de voorste naad van de neus naar beide kanten over de neusbrug, de oogkas, door de zygomaticofrontale naad terug naar het pterygeale uitsteeksel. Er ontstaat een craniofaciale separatie, wat vaak leidt tot verlenging en depressie van het midden van het gezicht. Dit type fractuur gaat gepaard met een schedelbasisfractuur of craniocerebraal letsel, oor- en neusbloedingen of lekkage van hersenvocht.
2. Verplaatsing van het fractuursegment vindt meestal posterieur en inferieur plaats.
3. Occlusale stoornis.
4. Orbitale en periorbitale veranderingen orbita en periorbitaal vaak gepaard gaande met weefselbloedingen, oedeem, de vorming van unieke "oogglas symptomen", vaak gemanifesteerd als periorbitale bloedingen, bloedingen in de boven- en onderoogleden en bulbaire conjunctiva, of oogverplaatsing en diplopie.
5. Hersenletsel.
Behandelingsmethoden voor kaak- en gezichtsletsels omvatten:
1. Letsel aan het zachte weefsel van de bovenkaak: het behandelingsprincipe is tijdig debridement, waarna het verplaatste weefsel wordt hersteld en gehecht. Tijdens het debridement moet het weefsel zoveel mogelijk worden behouden om het defect en de invloed op de gezichtsvorm van de patiënt na het letsel te minimaliseren.
2. Kaakfractuur: reductie van het fractuuruiteinde, met behulp van een interne fixatiemethode om de aangetaste plek te fixeren, de continuïteit van de kaak te herstellen, te proberen de normale preoperatieve occlusale relatie te herstellen.
-
details bekijkenplat titanium gaas - 2D vierkant gat
-
details bekijkenorthognathische 0,8 genioplastieplaat
-
details bekijkenmaxillofaciale trauma mini rechte brugplaat
-
details bekijkenvergrendelbare maxillofaciale mini 120° boogplaat
-
details bekijkenschedelverbinding plaat-sneeuwvlok mesh III
-
details bekijkenmaxillofaciale trauma 2.4 zelftappende schroef









